EX-12 Voorkomen van gasexplosies

Oplossing

Gevarenzone-indeling is verplicht vanaf de minimale hoeveelheid gassen, tot vloeistof verdichte brandbare gassen en brandbare vloeistoffen zoals vermeld in onderstaande tabel. Om na te gaan tot welke klasse een brandbare stof behoort, zie daarvoor bv het door de leverancier geleverde Veiligheidsinformatieblad.

ex 12

Bij bovenstaande hoeveelheden gassen is een zone-indeling vereist zoals beschreven in oplossing EX-06. Daarbij worden de volgende zones aangehouden:

  • Zone 0:Dan is tijdens een normale bedrijfsvoering door gasvorming een ontplofbare atmosfeer meer dan 10% van de bedrijfstijd aanwezig
  • Zone 1: Dan is tijdens een normale bedrijfsvoering door gasvorming een ontplofbare atmosfeer meer dan 0,1% tot 10 % van de bedrijfstijd aanwezig
  • NGG: Niet Gevaarlijk Gebied, een gebied is waar een explosieve atmosfeer niet in een zodanige omvang voorkomt dat maatregelen ten aanzien van ontstekingsbronnen vereist zijn.

NB. Als een op grond van de in de Arbeidsomstandighedenwet vereiste risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E) aangeeft dat er op plaatsen explosiegevaar aanwezig kan zijn, ook in situaties waarin de hierboven genoemde minimumhoeveelheden niet worden bereikt, behoort dat gevaar door daarop gerichte specifieke maatregelen te worden bestreden en vastgelegd in het explosieveiligheidsdocument (EVD).

Teken op schaal een cirkel rond de installatieonderdelen die gezoneerd zijn met een (door de wet) vastgestelde arcering. En stel een plan van aanpak op met de te nemen maatregelen en per maatregel: de verantwoordelijke, de geplande termijn en de datum van realisering van de maatregel.

Als een bedrijf beschikt over eigen brandstofvoorzieningen, zoals voor het (bij)tanken van vrachtwagens moeten deze voldoen aan de eisen van de laatste versie van PGS 28: ‘Vloeibare brandstoffen in ondergrondse installaties en aflevertoestellen’ of aan PGS-30: ‘Vloeibare brandstoffen – bovengrondse tankinstallaties en afleverinstallaties’.
NB. Het voldoen aan PGS-28 en PGS-30 ontslaat de werkgever niet van de verplichting om eigen brandstofvoorzieningen te beoordelen, waar nodig maatregelen te treffen en te zorgen voor vastlegging daarvan in het EVD.

Ook is aandacht is vereist voor de explosieveiligheid van acculaadstations. Zie daarvoor oplossing GS-08 bij het thema Gevaarlijke Stoffen in deze Arbocatalogus.

Maatregel

Technische en organisatorische maatregel

Scroll naar boven